Close

Ontslag ondermeester

Context

Ik, ondergeschreven Jan Menkenveld, commanderende het weledele Commercie Compagnie snaauwschip d’Eenigheid, leggende thans met hetselve in de revier Rivier EssequeboGuyanaRio Essequebo,

bekennen bij desen te ontslaan van sijn dienst en vrij te geven Louis Bernardus, geboortich te La RochelleFrankrijk Rochel, ondermeester op gemelde scheepe, om te blijven alhier in Rio Essequebo

en heeft in dienst geweest van de weledel achtbaere heeren dierecteuren van de Commercie Compagnie te Middelburg in Zeeland van den tweeden october anno 1761 tot den derden september anno 1762, sijnde elff maanden en een dag à agthien guldens per maand, dewelke bedragen eene somme van eenhondertachtentnegentich guldens, elff stuijvers en twaalff penningen,

waarvan gemelde Louis Bernardus voor sijn vertrek met gemelde scheepe heeft ontfangen twee maanden gagies op de hand, hetwelke beloop sesendertich guldens, sodat nog blijfft voor welgemelde edele heeren dierecteuren van de Commercie Compagnie bovengemeld te betalen aan Louis Bernardus eene somma van eenhonderttweeënsestich guldens, elff stuijvers en twaalff penningen, alwelke gelden kan ontfangen werden bij mijn arrivement in ’t vaderland.

Actum Rio Essequebo, desen 3 september anno 1762

’t Welk doende

Jan Menkenveld

Affreekening en ontslag van vrijdom van Louis Bernardus, voor ondermeester uijtgevaren met het snaauwschip d’Eenigheid in dienst van de edele achtbaere heeren directeuren van de Commercie Compagnie te Middelburg in Zeeland anno 1761 [1762]