’s Morgens de windt N labber coelte, voordts door den dag de windt ZW gemeene bries, cregen 2 canoos water en cogten een manslaaf en teerden en Het met een soort hars bestrijken van de rondhouten van een schip harpuijsden ’t schip buijtenom, voordts ’s nagts travatig met donder en swaare weerligt en een weijnig regen tot ’s morgens.